'Vandaag wordt het 'Gruuthuse Liedboek' nog steeds geanalyseerd' - metMike Kestemont
De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en Letteren (KANTL) en Literatuur Vlaanderen stelt de nieuwste versie van hun literaire canon voor. Acht eeuwen literatuur in 50 boeken! Tien weken lang dompelt het ochtendprogramma 'Espresso' op Klara je onder in één van de boeken.
Gruuthuse. Dit Brugse liedboek is het allereerste bewaarde boek, waarin muziek is opgeschreven. Musicologen proberen de muziek tot op de dag van vandaag te analyseren, maar ook voor literatuurwetenschapper Mike Kestemont is het een onuitputtelijke bron.
‘Een gedicht sterft af zodra je het begrepen hebt,’ zegt Kestemont. ‘Eenmaal je het doorziet, verdwijnt het en lost het als het ware op. Maar voor mij zal het lied ‘Egidius’ nooit oplossen.'
Lied: Egidius waer bestu bleven:
Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors die doot du liets mi tleven
Dat was gheselscap goet ende fijn
Het sceen teen moeste ghestorven sijn
Nu bestu in den troon verheven
Claerre dan der zonnen scijn
Alle vruecht es di ghegheven
Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors die doot du liets mi tleven
Nu bidt vor mi ic moet noch sneven
Ende in de weerelt liden pijn
Verware mijn stede di beneven
Ic moet noch zinghen een liedekijn
Nochtan moet emmer ghestorven sijn
Egidius waer bestu bleven
Mi lanct na di gheselle mijn
Du coors die doot du liets mi tleven
Dat was gheselscap goet ende fijn
Het sceen teen moeste ghestorven sijn
Het lied is even ontroerend als verraderlijk. Er zijn veel verschillende interpretaties van. ‘Du coors die dood’ lijkt erop te wijzen dat de vriend zichzelf van het leven heeft beroofd. Maar zelfdoding was destijds volstrekt ondenkbaar en de vriend zou in dat geval nooit in de hemel terechtgekomen zijn. ‘Coors’ met een –r betekent hier eerder 'proeven' en 'ondergaan'. Ook de regel ‘Het sceen teen moeste ghestorven sijn’ is voor discussie vatbaar. De regel kan namelijk op drie manieren begrepen worden: alsof we nooit zouden sterven, alsof één van ons moest sterven of alsof we tezamen zouden heengaan. Welke lezing is correct? Wie zal het zeggen? ‘En dat is het alleenrecht van de lezer,’ zegt Kestemont. ‘Wij doen met de literatuur wat we willen.’